Loading...
 

STAP 6

IN EEN BIDDENDE EN VIERENDE GEMEENSCHAP…

Vooraf

Doel

De vormelingen kennen de zeven sacramenten en de belangrijkste symbolen en symboolhandelingen die erbij horen.
Ze zien het verband tussen de eerste christenen en de christenen van nu.
Ze schrijven in hun eigen woorden wat het vormsel voor hen betekent.

Symbool

GEMEENSCHAP - brood en wijn

Eucharistie


Benodigdheden

. Stroken papier met daarop de naam van elk van de sacramenten
. foto’s, materiaal dat de zeven sacramenten weergeeft
(Bijvoorbeeld: doopkleed, doopkaars, trouwring, herinnering aan vormsel, kruisje, overlijdensbericht waarbij melding gemaakt wordt van het sacrament van de zieken. Gebruik eventueel dit materiaal)


TIP
Bewaar alle materiaal over sacramenten in een mooi versierde ‘sacramentendoos’




Vormselmap

. Over sacramenten
. Zeven sacramenten
. Symbolen in de sacramenten
. Eerste christenen
. Christenen van XXX
. Mijn engagement

De werkbladen op deze website werden niet genummerd, zodat men in alle vrijheid bladen kan weglaten of toevoegen. Klik hier voor die werkbladen (STAP 6).

Bron

Samuel 2005, nr 7





Verloop

. Onthaal
. Ken je de zeven sacramenten?
. Bijbel: de eerste christenen
. De christenen van XXX
. Mijn engagement




Onthaal

Gebed

Jezus,
We zijn met zoveel
die in Jou geloven
met zoveel
die Jou willen volgen.

Help ons Je te ontdekken
in de goedheid van de anderen
in mensen die vol geloof en vreugde
werken aan een beetje paradijs op aarde,
hier en in verre landen.
Help ons Jou te ontdekken
in de stilte van het gebed
en in ons eigen hart.




Situering in het liturgisch jaar

De vormelingen nemen hun overzicht van het liturgisch jaar, en duiden ongeveer aan op welk moment van het liturgisch jaar ze zich nu bevinden. Sta nog even stil bij de liturgische kleur en blik eventueel vooruit op de belangrijke periode die aan het komen is.
Besteed kort aandacht aan eventuele verjaardagen (verjaardagskalender)




Ken je de zeven sacramenten?

De kinderen bereiden zich voor op het sacrament van het vormsel.
Maar wat is nu eigenlijk een sacrament?
Gebruik hiervoor het artikel uit Samuel dat in de vormselmap opgenomen (eerste bladzijde vormselmap - stap 6) is. De kinderen lezen het voor in stukjes.
Stel nadien enkele vragen, waarvan de kinderen het antwoord in het artikel met een bepaald kleur onderstrepen. Bijvoorbeeld:

- Wat zijn sacramenten eigenlijk?
(Sacramenten zijn een soort gebaren waarin de band tussen God en de mens duidelijk wordt. Iets dat verder gaat dan woorden. De gebaren en symbolen in de sacramenten zijn vaak dezelfde: handoplegging, zalving, water, olie, brood en wijn. Je komt gebaren en symbolen ook tegen in de evangelies)

- Wat is bijzonder aan de sacramenten: doopsel, vormsel en eucharistie?




Overloop met de kinderen de verschillende sacramenten die ze kennen: doopsel, vormsel, eucharistie, sacrament van de verzoening, ziekenzalving, huwelijk, priesterschap.
Visualiseer enkele sacramenten met foto’s of materiaal.
(naast foto’s ook: doopkleed, doopkaars, trouwring, herinnering aan vormsel - kruisje, overlijdensbericht waarbij melding gemaakt wordt van het sacrament van de zieken)
De kinderen groeperen de verschillende voorwerpen en foto’s bij de verschillende sacramenten.
(Gebruik hiervoor stroken papier met daarop de naam elk van de sacramenten)


Daarna zoeken ze de omschrijving die er bij past. (zie: vormselmap)


Correctiesleutel
1.
Vindt plaats bij het begin van een leven als christen. Meestal is dat als men nog een
baby is. De ouders spreken dan in naam van hun kind. Maar het kan ook als men al wat ouder is. Dat is HET SACRAMENT VAN HET DOOPSEL

2.
Wanneer en man een en vrouw beslissen om samen te leven en kinderen te krijgen, geeft dit sacrament hun de kracht om dat te doen. Hun liefde voor elkaar wordt het beeld van de liefde die God heeft voor de mensen. Dat is HET SACRAMENT VAN HET HUWELIJK

3.
Sommige mannen beslissen om hun leven te wijden aan de Kerk. Zij roepen de gelovigen op om te werken aan het Rijk van God. Uit de handen van de bisschop ontvangen ze het sacrament van SACRAMENT VAN HET PRIESTERSCHAP

4.
Dit sacrament is het belangrijkste. Door de woorden en gebaren van Jezus bij het Laatste avondmaal te herhalen, nodigt de priester de christenen uit om Jezus’ dood en verrijzenis opnieuw te beleven en voluit deel te nemen aan een leven met God. Dit is HET SACRAMENT VAN DE EUCHARISTIE

5.
Het valt niet mee om oud of ziek te zijn. Maar God vergeet de zwakken niet. Door samen met hen te bidden en ze te sterken met de zalving van het voorhoofd en de handen, geven gelovigen de kracht van God om op een andere manier met lijden en dood om te gaan. Dit sacrament heet: DE ZIEKENZALVING

6.
Door de handoplegging van de bisschop of zijn vervanger en het zalven met olie, krijgt de christen de kracht van de heilige Geest. Zo schrikt hij er niet voor terug om van het evangelie te getuigen. Dat is: HET SACRAMENT VAN HET VORMSEL

7.
Niet alles is perfect in het leven. Het gebeurt dat christenen foute keuzes maken, dat ze niet leven volgens hun hart en de droom van God. Maar, hoe groot hun tekort aan liefde ook is, God staat altijd klaar om te vergeven en zich met hen te verzoenen. Dat maakt Hij duidelijk in: HET SACRAMENT VAN DE VERZOENING


Aandachtspunt
Koppel de sacramenten niet aan een leeftijd, maar stel ze voor als een bewuste stap die de ouders of de persoon zelf dan zetten.


. In het rooster (Vormselmap) zoeken ze alle mogelijke symbolen en symbolische handelingen, die ze nadien in de verschillende kaders van hun vormselmap op de juiste plaats invullen. Zo kun je nagaan of een en ander door de vormelingen goed onthouden werd.


Correctiesleutel

I S P B D F G H V J J K L N
P A R V O R M S E L W X U M
C U I V P I D O O P S E L V
Z I E K E N Z A L V I N G E
A Q S C N G F R I A W P Q R
L T T Q A D Z B E O A T E Z
V N E U C H A R I S T I E O
I E R B D S L O K I E M G E
N S S IJ Z S F O G U R H Z N
G F C C G R E D M H O Z J I
D A H U W E L IJ K I K W IJ N
L H A N D O P L E G G I N G
O J P X L K W T IJ V J L P M


In dit woordraadsel zit het volgende: de zeven sacramenten (doopsel, eucharistie, vormsel, verzoening, ziekenzalving, huwelijk, priesterschap), vier symbolen die in sacramenten aan bod komen (water, brood, wijn, olie, ring), drie belangrijke symboolgeladen handelingen of gebaren (zalven, handoplegging, dopen)

DOOPSEL EUCHARISTIE VORMSEL
water, oliebrood, wijn, olie
dopennuttigenzalven, hand opleggen


VERZOENING ZIEKENZALVING HUWELIJK PRIESTERSCHAP
olieringolie
zegenenzalven, hand opleggen zalven, hand opleggen






De eerste christenen

Kennismaking met de tekst

Lees voor: Handelingen 2, 42.44-47a

Geef de kinderen de kans om te reageren op de tekst.
- Hebben jullie alle woorden verstaan?
De uitdrukking ‘het brood breken’ gebruikten de eerste christenen als ze het hadden over de eucharistie.

- Wat deden die eerste christenen?
De vormelingen lezen de tekst opnieuw in hun vormselmap en onderlijnen in de tekst alles wat de eerste christenen deden.

Ze wijdden zich trouw aan het onderwijs dat de apostelen gaven, en aan de onderlinge gemeenschap, het breken van het brood en het gebed. (...) Allen die het geloof hadden aangenomen, bleven bijeen en bezaten alles gemeenschappelijk. Ze verkochten have en goed en verdeelden dat onder allen naar ieders behoeften. Dagelijks gingen ze trouw en eensgezind naar de tempel, braken bij iemand aan huis het brood, gebruikten samen hun maaltijden in blijdschap en eenvoud van hart, loofden God en stonden in de gunst bij heel het volk.


Het is niet erg als kinderen nog andere woorden onderlijnen dan die die hierboven onderlijnd werden.
Zeg dat wat die christenen bijeenbracht, samen te vatten is in vier werkwoorden.
Deze vier werkwoorden noteren de kinderen in elk van de blaadjes van een klavertje vier.

leren vieren
delenbidden


Vraag dan aan de kinderen om de onderlijnde woorden uit de tekst te schrijven op het juiste blaadje van het klavertje vier.

LEREN onderwijsVIEREN breken van het brood; bij iemand thuis het brood breken
DELEN ze bezaten alles gemeenschappelijk; verdeelden; gebruikten samen hun maaltijdenBIDDEN gebed; tempel; loofden God


Indien de kinderen nog andere woorden onderlijnd hebben, probeer je samen met hen te zoeken in welk van de vier blaadjes ze het best genoteerd worden.




De christenen van XXX

(vul hier de naam van de plaats of de parochie in)
We weten nu hoe de eerste christenen leefden – willen we dat nu eens vergelijken met het leven van de christenen van XXX (vul hier de naam van de plaats of de parochie in)?

Vul opnieuw de vier werkwoorden in elk van de blaadjes van het klavertje vier.
De kinderen krijgen de tijd om na te denken op welke manier christenen hier hetzelfde doen als de eerste christenen.
Belangrijk bij het aspect ‘Delen’: het gaat niet alleen om het delen van materiële dingen (geld bv), het gaat ook om het delen van aandacht, van tijd, van ...

LEREN godsdienstles op school; kinderviering; kinderbijbel thuis; vormselcatecheseVIEREN eucharistieviering in de parochie; doopsel; vormsel; huwelijk; verzoeningsviering
DELEN tijd voor sterzingen; ziekenzorg; zorg voor een zieke in de klas; Broederlijk Delen; Welzijnszorg; giften aan organisatiesBIDDENbidden in de kerk; bidden met een kaars; bidden bij het eten; bidden bij het slapengaan; bidden op school


Belangrijk
Bovenstaand schema dient enkel om aan te duiden in welke vakjes mogelijke antwoorden kunnen komen. Het kan dus best dat de kinderen meer, minder of andere antwoorden geven.





Mijn engagement

De vormelingen schrijven in hun eigen woorden hun ‘vormselbelofte’: ze schrijven neer waarvoor ze in hun leven aandacht willen hebben nu ze gezalfd worden.
Bijvoorbeeld:
‘Nu ik toetreed tot de grote gemeenschap van christenen, wil ik goed zijn voor de mensen om me heen en bereid zijn te helpen waar dat nodig is.’

Nadien vergelijken ze hun vormselbelofte met wat ze op het blad neerschreven dat in een omslag werd gestoken (2e stap in deze catechese).
- Is dat hetzelfde?
- Is dat anders?
- Hoe zou dit komen?




TIP
Indien er tijd over is, nodig je de vormelingen uit om een tekst te schrijven zoals Lucas in de ‘Handelingen van de apostelen’, maar dan niet over de eerste christenen, maar over de christenen van de plaats waar ze hun vormsel zullen doen.